Maandagen

Maandagen zijn baaldagen.

Okeeokee, niet altijd…maar de nieuwe week -de overgang van weekend naar werkweek- valt me vaak zwaar. Terwijl, hoezo verschilt een zondag van een maandag, een zaterdag van een dinsdag? Op beide dagen ademt en eet een mens, op beide dagen kun je naar de bioscoop, op beide dagen kunnen zinvolle (of zinloze) dingen gedaan worden. Ik kan in ieder geval zowel in het weekend als door de week in volle overgave op de bank hangen, netflixseries kijken en het leven ingewikkeld vinden.

Maar toch. ‘Door de week’ voelt anders dan het weekend. Maandag voelt anders.
Zwaarder, maar ook: er leeft een belofte van verandering in maandag.

Het is de ‘1 januari’ van de week, de wekelijkse ‘nieuwe ronde, nieuwe kansen’. Goede gewoontes maken bij mij op maandag net even wat meer kans.

Met welke ‘nieuwe ronde’ begin ik deze week?

Ik ben al best goed bezig met (semi-)dagelijks sporten, muziek maken en lezen. Hoewel ik dat laatste wel wat méér wil doen… JA, dat wordt de ‘goede gewoonte van de week’: in een boek verdwijnen.

LEZEN!
Voornemen: de komende zeven dagen lees ik minimaal een uur per dag.

‘Een úúr?!’

De inner critic roert zich meteen. Omdat hij het oneens is met de gekozen uitdaging (‘je zou yoga moeten kiezen, wat is lezen nou voor slappe hobby, voor makkelijke gewoonte? Je hoeft alleen te zitten, hallo zeg. Ga iets intensiefs doen, een uur yoga per dag, dát is pas een uitdaging!!1!’). En omdat de inner critic zo supportive is, zo heerlijk gelooft in mijn kunnen, mijn doorzettingsvermogen, mijn discipline (‘een úúr per dag, Anna, dat red je nooit! FAILURE GUARANTEE’ pruttel pruttel stomp stomp). Ik word lekker gesteund en aangemoedigd, in mijn hoofd. Die inner critic is echt een soort cheerleader from hell.

Dus ik stomp ‘m in z’n maag en pak in de rust die daarop volgt een boek.

Lezen dus. Vandaag en dan nog zes dagen, een uur (‘een úú’… Jaja, nu weten we het wel).

Is het dagelijks leven minder leuk dan op vakantie zijn?

Toen ik in Noorwegen was las ik een bloedspannend boek met een zenverhaal erin. Boeken lezen, echt zo’n vakantieactiviteit. Dus nu ik hier in Amsterdam op vakantie ben plan ik de hele stapel in mijn vakantiehuis door te ploegen. Er staat genoeg interessants tussen. Maar goed, het verhaal (uit ‘Ik ben Pelgrim‘, van Terry Hayes, een absolute aanrader):

Hoe vang je een aap?
Doe een banaan onderin een emmer, met een vuistbreed gat erboven.
Wacht op de aap.
De aap grijpt de banaan die niet door het gat kan.
De aap zit vast, omdat hij weigert de banaan los te laten. Vang de aap.
(Let wel dat het een zenverhaal is. Elke aap die enigszins bij zijn verstand is zou de banaan opgeven en wegrennen als de apenvanger nadert)

Maar de zenverhalige aap is dus niet bereid los te laten.

Sukkel?

De les van het verhaal is: Zo ben jij. Je denkt dat je klem zit, maar je wordt vrij door los te laten.

Maar Anna, is dat relevant voor mijn verlangen mijn leven als één grote vakantie te beschouwen?

Ja.

Want ik vraag me af hoe ik mijn vakantiegevoel ‘vast kan houden’. En wat ik ‘moet’ doen om een vakantiegevoel te houden. En ik hoor de negatieve criticus in me al steigeren: ‘Het kán niet altijd vakantie zijn. Er moet ook gewerkt worden. Er zullen ook dingen onprettig zijn. Je kunt niet altijd feestvieren.’

Ik wil juist dat soort opvattingen over mijn dagelijks leven loslaten, als ik weer terug ben.

Want de criticus gaat er van uit dat werk niet als vakantie kan voelen. Dat er in het leven nu eenmaal (misschien voorál) ook geleden moet worden. Dat een vrije dag niet fijn is als het regent. En dat alles op vakantie prettig moet zijn. Dat alles wat géén vakantie is per definitie suckt.

Onzin, weet ik nu ik mijn vakantie eens wat dieper doordenk.

Het is een kwestie van je opvatting over het dagelijks leven (en de rol van het ‘lijden’ daarin) aanpassen. Er kunnen minder leuke of fijne dingen zijn. Op vakantie moeten de kopjes immers ook worden afgewassen. Wordt ook ruzie gemaakt. Is er ook onbegrip, eenzaamheid, frustratie. Is niet erg. Hoort bij de vakantie.

Ik ben erbij en alles is goed zoals het is. Daar op vakantie ben ik bewuster, in het moment zie ik de bloemen, de zon, de geveltjes. Voel ik de wind, de regen, de warmte. Ruik ik het gras, de stad. Klinkt mijn omgeving, daar waar ik ben.

Was ik in Noorwegen misschien in een ashram? Nope. Ben ik nu dan misschien op meditatievakantie? Evenmin.

Ik hou vakantie, thuis.

Ik heb mijn eerste vakantieweken er al weer op zitten. Ik heb gefietst in dit mooie land, ik heb van de regen en de zon genoten, en ik was twee interessante weken lang op mijn vakantiebaantje. Ik ging hardlopen door de buurt van mijn gehuurde vakantiewoningkje. Het klimaat was tropisch, zoals je van een vakantiebestemming mag verwachten.

En we gaan nog niet naar huis, nog lange niet, nog lange niet…

Troost

‘Mag ik even tegen je aan zitten?’

Ik twijfelde wel, want het gebeurt niet vaak dat een wildvreemde man me zulks vraagt. Culturele normen en conventies drongen omhoog, angsten ook.

Ik zag echter een intens verdrietig, eenzaam mens. Hij zag er ook nog best verzorgd uit en rook niet slecht.

Dus ik schoof op.

image

Lees verder